Werk (3 lijnen van)
  • Werk aan zichzelf bestaat in de eerste plaats uit het verkrijgen van kennis van het onderricht en door het bestuderen van de conferenties. Op de tweede plaats, bestaat het uit het ontwikkelen van zijn Zijn door meditatie, zelf-herinnering, het niet manifesteren van negatieve emoties, het vechten tegen de kleine “ikken” enz.
  • Werk met anderen en vooral in de wekelijkse werkgroep. Dit stelt hem in staat om de kennis die gedurende de conferenties is verkregen, te bestuderen en om de evolutie van zijn eigen zijn te bestuderen dankzij de observaties en help van anderen.
  • Werk voor de School en voor de mensheid, waarvoor het begrijpen van de belangrijkheid van onzelfzuchtige diensbaarheid nodig is. Eruit volgt een persoonlijk betrokken zijn met het helpen van de ontwikkeling van de School.